Wees voorzichtig wanneer May Day buiten May Day isbuiten kamperen
1. Dichtbij de waterbron.Campingen rust moet dicht bij waterbronnen worden gekozen, zoals dicht bij beken, meren en rivieren. Het kamp kan echter niet worden opgezet op een rivierstrand of naast een beek. Als het eenmaal hevig regent, of het stroomopwaartse reservoir water vrijgeeft, of er plotselinge overstromingen plaatsvinden, is er levensgevaar, vooral in het regenseizoen en in gebieden die vatbaar zijn voor plotselinge overstromingen.
2. Kies de kap. Als het een kamp is dat langer dan twee dagen moet leven, kies dan bij mooi weer een schaduwrijke plek om te kamperen, zoals onder een grote boom en aan de noordkant van de berg. Zo wordt het, als je overdag rust, niet te warm of benauwd in de tent.
3. Dicht bij het dorp. De camping ligt dicht bij het dorp. Als er een noodgeval is, kun je de dorpelingen om hulp vragen. Dit is nog belangrijker als er geen brandhout, groenten en voedsel is. In de buurt van het dorp is ook een korte weg, wat handig is voor de verplaatsing en overdracht van het team.
4. Blijf uit de buurt van kliffen. Wanneercamping, het kamp mag niet onder de klif worden geplaatst, anders kan de harde wind, zodra deze op de berg waait, stenen en andere voorwerpen wegblazen, wat gevaar kan opleveren.
5. Benedenwinds. Als u in het wild kampeert, moet u rekening houden met het lijwaartse probleem, vooral in sommige valleien en rivierstranden, moet u een lijwaartse plek kiezen om te kamperen. Let ook op de oriëntatie van de tentdeur om niet in de wind te staan.
6. Bliksembeveiliging. In het regenseizoen of in gebieden met veel onweersbuien mag het kamp niet op hoge grond, onder hoge bomen of op relatief afgelegen vlakke grond worden opgezet, anders kan de bliksem gemakkelijk inslaan.
